Franchise beëindigen: kies bewust voor opzeggen of ontbinden

Franchise beëindigen: kies bewust voor opzeggen of ontbinden

Hoe kunnen we onze franchiseovereenkomst zo snel mogelijk beëindigen? Die vraag wordt in de praktijk regelmatig gesteld. Het antwoord daarop is natuurlijk afhankelijk van zowel de contractuele afspraken daarover als de feitelijke gebeurtenissen.

De Groene Zuster, een franchisegever in medische thermografie, wilde eind 2018 af van de samenwerking met een franchisenemer. In de franchiseovereenkomst was bepaald dat beide partijen de overeenkomst konden opzeggen zonder opgaaf van redenen, met inachtneming van een opzegtermijn van zes maanden. Daarnaast bood het contract aan franchisegever de mogelijkheid om de overeenkomst per direct te ontbinden, (onder andere) als de franchisenemer afbreuk zou doen aan de goede naam van de formule.

In oktober 2018 gaan partijen met elkaar in gesprek over de beëindiging van de samenwerking. Het doel van die gesprekken is een vaststellingsovereenkomst te sluiten, waardoor de overeenkomst met wederzijds goedvinden kan worden beëindigd. De onderhandelingen lopen echter vast. Daarom laat de franchisegever half december 2018 weten dat de franchisenemer de overeenkomst als opgezegd dient te beschouwen.

Vervolgens stuurt de franchisenemer op 1 januari 2019 een bericht aan een aantal cliënten, waarin zij een toelichting geeft op de beëindiging van de samenwerking met De Groene Zuster. De franchisegever is daar niet bepaald blij mee, reden waarom franchisenemer wordt afgesloten van het digitale werksysteem en de overeenkomst per brief van 14 januari 2019 wordt ontbonden.

Kort geding

De franchisegever start een kort geding, waarin onder andere teruggave van materialen, betaling van diverse voorschotbedragen, een verbod op het gebruik van het merk en/of logo van De Groene Zuster en een verbod op het gebruikmaken van het cliëntenbestand wordt gevorderd. De franchisenemer verweert zich daartegen, en vordert zelf (onder andere) weer toegelaten te worden tot het digitale werksysteem.

Wederzijds goedvinden

De voorzieningenrechter geeft een oordeel over de diverse rechtsgronden. In de eerste plaats merkt hij op dat geen sprake is van beëindiging met wederzijds goedvinden. Franchisegever betoogde dat wel, maar de correspondentie liet zien dat de onderhandelingen waren vastgelopen zonder dat er een deal op tafel lag.

Vervolgens overweegt de voorzieningenrechter dat ook geen sprake is van een rechtsgeldige ontbinding van de overeenkomst. De gestelde wanprestaties van franchisenemer komen niet vast te staan. Interessant is daarbij het oordeel over het bericht dat de franchisenemer aan de cliënten had gestuurd. De franchisegever wees op het geheimhoudingsbeding, het concurrentiebeding en het cliëntenbeding in de overeenkomst en stelde dat deze waren geschonden. De rechter oordeelt dat de franchisegever zelf de stap heeft gezet om franchisenemer de toegang tot het digitale werksysteem te ontzeggen, en dat zij bovendien zonder overleg afspraken van franchisenemer overnam. Dat franchisenemer onder die omstandigheden een e-mail met uitleg aan haar cliënten heeft verzonden, levert volgens de voorzieningenrechter geen tekortkoming en dus geen grond voor ontbinding op.

Nu geen discussie bestaat over de opzegging van de overeenkomst, oordeelt de voorzieningenrechter dat de overeenkomst in stand blijft tijdens de opzegtermijn (1 januari tot 1 juni 2019). Dit betekent dat franchisenemer tijdens deze periode toegang tot het digitale werksysteem moet krijgen, en dat beide partijen hun verplichtingen gedurende deze periode moeten nakomen. Het betekent ook dat de franchisenemer na afloop van de opzegtermijn gebonden is aan het concurrentiebeding.

Conclusie

Als een franchiseovereenkomst niet rechtsgeldig is ontbonden maar slechts is opgezegd, moeten beide partijen tijdens de opzegtermijn aan hun verplichtingen blijven voldoen. De partij die stelt dat de overeenkomst is ontbonden en daarom doet alsof de overeenkomst niet meer bestaat, draagt daarvan het risico. Als achteraf blijkt dat geen sprake was van een rechtsgeldige ontbinding, kan dat betekenen dat de partij die zich op de ontbinding beriep ten onrechte de contractuele verplichtingen niet is nagekomen.

Een blog van Cornelis Klepper van BVD advocaten

Laura Crowley, manager van de Nederlandse vestiging van Bord Bia: ‘Ons doel is om dit kwaliteitsvlees ook betaalbaar en beschikbaar te maken voor de consument.’

Bord Bia partner voor impact in het vleesschap

Kleinschalige productie kan een grote rol spelen in een kwalitatief hoogwaardig assortiment. Om Nederlandse retailers in contact te brengen met een groot arsenaal aan groot- en kleinschalige leveranciers in Ierland is er Bord Bia, de Irish Food Board. Dankzij deze samenwerking kunnen retailers optimaal profiteren van de kwaliteiten van de Ierse landbouw en ontstaat er een beter assortiment in het Nederlandse schap.

Ashkan Danaei, Sales Director bij Tetra Pak: 'De Nederlandse voedingsindustrie staat voor drie grote uitdagingen.'

Zo blijf je als retailer concurrerend

Toenemende internationale concurrentie, stijgende kosten door inflatie en de noodzaak om over te stappen naar een circulaire economie. Hoe kunnen retailers in deze veranderende markt hun positie versterken? Ashkan Danaei, Sales Director bij Tetra Pak, legt uit hoe bedrijven het hoofd kunnen bieden aan deze uitdagingen door te focussen op innovatie.

Shopopop maakt gebruik van bestaande verplaatsingen en voertuigen om boodschappen te bezorgen.

Je buurman als bezorger? Shopopop maakt het mogelijk

Stel je voor: je boodschappen worden dezelfde dag nog bezorgd, niet door een anonieme koerier, maar door je eigen buurman of buurvrouw. 'Door gebruik te maken van de bestaande routes van particuliere bezorgers kunnen we de laatste kilometers flexibeler, duurzamer en socialer maken', zegt Sacha Buyck, countrymanager Benelux.

Foto: Shutterstock

Impact Franchisewet nog minimaal in rechtszaal

De Franchisewet geldt sinds 1 januari 2021. Het aantal rechtszaken waarin de wet een rol speelt groeit weliswaar, maar een serieuze impact blijft vooralsnog uit. 'Specifiek voor de supermarktbranche is nog vrijwel geen sprake van relevante jurisprudentie met betrekking tot de wet Franchise.'

Mijn artikeloverzicht kan alleen gebruikt worden als je bent ingelogd.