‘Voor het maken van één T-shirt zijn duizenden liters water nodig’, vertelt Schijvens. ‘De textielindustrie is dan ook de op twee na vervuilendste industrie ter wereld. Terwijl, als je datzelfde T-shirt na een tijdje herstelt, verbruik je slechts één liter water; voor de was! Doe dit keer een miljoen, de hoeveelheid kledingstukken die Schijvens per jaar produceert, en je maakt op grote schaal een significant verschil.’

Twaalf zeecontainers vol

Vorig jaar ontwierp en produceerde het bedrijf een geheel nieuwe collectie voor Albert Heijn. Alle bedrijfskleding van alle medewerkers -meer dan 600.000 stuks- werd verzameld en van deze kledingberg maakt Schijvens nieuwe blouses, schorten en polo’s. ‘In totaal hebben we 200.000 kilo aan Albert Heijn-kleding gerecycled, zo’n twaalf zeecontainers vol.’ Mooie cijfers voor in het jaarverslag, vertelt ze met een knipoog.

‘Maar minstens zo belangrijk voor het tevredenheidsgevoel van de medewerkers, die het belangrijk vinden om er goed uit te zien, maar ook steeds meer nadenken over duurzaamheid. Wanneer je een bedrijf vertegenwoordigt in kleding waar je helemaal achter staat, straal je dit ook uit. Omdat een medewerker bij verplichte bedrijfskleding eigenlijk geen keus heeft om zelf een duurzame variant te kiezen, zoals hij of zij in een winkel zou kunnen doen, is het top als de inkoper van het hoofdkantoor dit voor hem doet en die verantwoordelijkheid neemt!’

Zo makkelijk mogelijk

Schijvens maakt het recyclen van kleding zo makkelijk mogelijk. ‘Bij Albert Heijn bijvoorbeeld, zorgen we ervoor dat in iedere winkel recyclezakken staan. Zodra een medewerker de kleding heeft afgedragen, het kapot is of er gewoon niet meer uitziet, kan hij of zij het hier inleveren. De volle zak gaat vervolgens mee naar het retourencentrum, waar wij het ophalen. Vervolgens kijken we eerst of het kledingstuk gerepareerd of hergebruikt kan worden, zodat het met een simpele aanpassing weer lange tijd mee kan. En als dat niet meer kan, wordt het gerecycled.’

Schijvens pluist het garen uit het oude kledingstuk letterlijk uit door het te vervezelen. ‘We mixen daar nog vezels uit plastic flesjes en visnetten bij en maken hiervan weer een sterk nieuw garen. Van dit garen maken we weer nieuwe bedrijfskleding. Een uniek en volledig circulair model, dus!’ Dit hele proces doet Schijvens samen met vaste partijen, legt de CEO uit. ‘Van de recyclaar, tot de spinner, wever, breier, verver en het naaiatelier.’

En inmiddels doet zij dit ook al voor partijen als Hema, McDonald’s, Praxis, Intratuin, Makro, Sligro, Kruidvat, Etos, Ekoplaza, Marqt, CSU, Compass, Hutten en Vermaat. Ketenpartners uit landen als China, Marokko, India, Turkije, en Pakistan worden gecontroleerd door de Fair Wear Foundation. ‘Om ook hier een verschil te kunnen maken op het vlak van leef- en arbeidsomstandigheden. Inmiddels zijn we hier Leader en scoren we een 8,9 op ‘sociale duurzaamheid’ in onze fabrieken.’

Efficiency in de keten

Het duurzaam produceren van bedrijfskleding is namelijk één, het op de juiste manier vervaardigen en samenwerken met ketenpartners is minstens zo belangrijk, benadrukt Schijvens. Door te kiezen voor verschillende ketenpartners uit verschillende landen en culturen, bewandelt het bedrijf niet de meest makkelijke weg. ‘Maar wel de meest logische’, benadrukt de CEO, ‘wanneer je daadwerkelijk een verschil wil maken op het vlak van leef- en arbeidsomstandigheden.’

De afgelopen decennia bracht Schijvens de verschillende schakels goed in kaart, zorgde de organisatie op al deze plekken voor efficiëntie en verbetering en werd het leveranciersbestand teruggebracht naar een aantal key suppliers. ‘Deze kennen elkaar inmiddels goed, waardoor er vertrouwen is ontstaan, wat weer van grote invloed is op de kwaliteit van onze producten en de leversnelheid.’ Bovendien kan de prijs reëel worden gehouden. ‘Partijen willen tenslotte best betalen voor duurzaamheid, maar niet te veel.’

Groeien op duurzaamheidsvlak

Het is dan ook niet per se de ambitie van het bedrijf om te groeien in omzet geldelijke winst, vertelt de ceo eerlijk. ‘Natuurlijk, ook wij moeten er onze boterham mee kunnen verdienen. Maar ik ben juist heel tevreden met de manier waarop wij nu werken: met een klein team -zo’n veertig medewerkers in NL en nog een eigen fabriek in Turkije- die onze filosofie helemaal omarmen en snappen waar we het voor doen. Namelijk winst behalen op andere vlakken dan uitsluitend financieel. Juist op deze manier kunnen we het circulair maken van bedrijfskleding zo goed neerzetten. Als we te hard groeien, en ik straks een team heb waarvan ik de helft niet eens ken, komt deze filosofie wellicht in gevaar.’

Het gaat Schijvens, die het familiebedrijf samen met haar man Jaap Rijnsdorp-Schijvens en broer Hugo Schijvens runt, dan ook om groei op duurzaamheidsaspecten. ‘We willen aan de markt laten zien dat het ook anders kan. Met dezelfde services die je van een kledingbedrijf verwacht, maar met meer aandacht voor duurzaamheid.’

Ontwerpen op maat

Met deze services doelt ze op meedenken. ‘We ontwerpen exact op maat; naar wens van de klant wordt de uitstraling en/of de formule vertaald naar bedrijfskleding.’ Maar ook op voorraadbeheer en distributie. ‘Wanneer de artikelen uit productie komen, kunnen wij ze opslaan in ons eigen distributiecentrum van ruim 5.000m2, en vervolgens naar alle gewenste locaties uitleveren.’

Samen met haar ketenpartners werkt het bedrijf aan een beter milieu en het welzijn van mens en dier. ‘Daar zijn we nog niet honderd procent’, vertelt Schijvens realistisch. ‘Maar we zijn al een heel eind op de goede weg. Hoe meer klanten wij kunnen voorzien van circulaire kleding, des te groter is de positieve impact hiervan op de planeet.’

Dit artikel is gesponsord door Schijvens