Hypermarkt bij Steenwijk is definitief

Hypermarkt bij Steenwijk is definitief

De vergunning voor de hypermarkt in Steenwijk is er toch gekomen! Na jaren van procederen deed de Raad van State op 11 april hierover uitspraak. Een blog van Jaco van der Brink, advocaat van BVD Advocaten over de hypermarkt; één winkel met een supermarkt én warenhuis.

Eén van de eerste hypermarkten van Nederland is met de nieuwe vergunning mogelijk gemaakt. In dat licht wekt het geen verwondering dat dit plan tweemaal eerder, in 2015 en 2017 ook bij de Raad van State voorlag. Toen werden bepaalde beroepsgronden nog gegrond verklaard.

Een echte hypermarkt?

Toch draaiden deze procedures, merkwaardig genoeg, niet zozeer om de vraag of een hypermarkt op die locatie mogelijk zou zijn. Die mogelijkheid bestond al in het bestemmingsplan op basis waarvan de vergunning werd aangevraagd. Veeleer was de vraag: is de beoogde invulling van het bouwplan die van een echte hypermarkt?

In 2017 lag er een plan dat veel weg had van een supermarkt en een warenhuis naast elkaar. Dat is geen hypermarkt, aldus de Raad van State: kenmerk daarvan is nu juist dat dat één grote winkel is met zowel het assortiment van een supermarkt als dat van een warenhuis. Nu het College van de gemeente Steenwijkerland expliciet had voorgeschreven dat er sprake moest zijn van één ingang, één kassasysteem en één exploitant, paste het plan binnen de definitie van een hypermarkt.

Eén winkel: supermarkt én warenhuis

Het wachten is op de volgende initiatieven – het blijkt in elk geval mogelijk om ook in Nederland hypermarkten te openen. De mogelijkheid voor een hypermarkt kan echter niet worden gebruikt om Jaco van der Brinkeen vergrote supermarkt te kunnen openen op een perifere locatie (buiten de stad), als er maar een warenhuis naast staat: er moet sprake zijn van één winkel die zowel supermarkt als warenhuis is.

Overigens zou het goed zijn als gemeentebesturen ook oog houden voor het voortbestaan van gevestigde lokale supermarkten. Ook al komen concurrentiebelangen juridisch-planologisch niet rechtstreeks aan de orde, in de algehele beleidsmatige afweging dient een gemeentebestuur zich daar uiteraard wel rekenschap van te geven.